Dirk Depoorter

Zondag 17 maart

Vandaag diende zich aan als een iets rustigere dag. Uiteindelijk is het anders gebleken. We zijn projecten gaan bezoeken korter bij Sanyang waardoor de ritten korter waren, maar we zijn veel langer blijven stilstaan bij de projecten die we bezocht hebben. En de vergadering met de VDC heeft een wending genomen die niemand voorzien had.

Banyaka Village en Banyaka Gidda

2024031701
De nieuwe waterinstallatie in Banyaka Village (2 x 4000 L)

Eerste bezoek is naar de twee nieuwe waterinstallaties van 2 x 4.000 liter in Banyaka Village en Banyaka Gidda. Om naar daar te rijden passeren we een christelijk dorp, met een school opgericht door de Salizianen van Don Bosco. Indrukwekkende school en een heel ander formaat dan wat wij neerplanten. De weg naar Banyaka is geasfalteerd, wat er op duidt dat dit een groot dorp is. Dit wordt ter plaatste bevestigd: meer dan 250 compounds (heel ruw geschat tussen de 3.000 en 5.000 inwoners) en nog verder aan het uitbreiden. Het dorp grenst ook aan andere dorpen, waardoor de grenzen moeilijk af te bakenen zijn. In elk geval een dorp in volle groei. Maar wel te klein voor Nawec (de nationale watermaatschappij) om hier aanwezig te zijn.

Er is een medical center, waar ze ook vanuit andere dorpen naartoe komen, een mooie overdekte marktplaats, 2 grote community gardens, een heel mooie school (gesponsord door een Nederlandse VZW)… Op de klassieke vraag naar uitbreidingen, stel ik aan Kunkujang Mariama (leraar) de vraag waarom ze geen contributie vragen aan de dorpelingen, voornamelijk omdat ik zie dat er toch wel deftige huizen staan naar Gambiaanse normen. Zijn antwoord: wat je ziet zijn de rijkere compounds, van de eerste families die hier zijn komen wonen en daardoor ook landeigenaar werden. Deze wonen in de mooie woningen die we zien. Het grootste gedeelte echter woont in barakken en stellen zich elke dag opnieuw de vraag hoe ze die dag een (1) maaltijd op tafel krijgen voor hun familie. Aan deze families een contributie vragen is niet mogelijk. En als ze al iets verdienen, door het verbouwen en verkopen van groenten die ze in de community garden zelf verbouwen, dan gebruiken ze dit geld als schoolbijdrage, zodat hun kinderen naar school kunnen gaan.

Na het bezoeken van de installatie in Banyaka Village, vragen we hen om te voet naar de gemeenschapstuinen te gaan en daarna naar de school waar onze tweede installatie staat. Een wandeling van een paar kilometer die ons de gelegenheid geeft om onderweg te spreken met een paar mensen om zo meer inzicht te krijgen van de community en meer in het algemeen van het leven hier. Voor ons interessanter dan de vele “dank” speeches, die later nog zullen volgen.

Zo vertelt Lamin Barrow, die werkt op de US Ambassy als klerk, over hoe het dorp ontstaan is en de compounds opgebouwd zijn. Zo’n 45 – 50 jaar geleden hebben zich hier de eerste vijf families gevestigd. Enkel door het feit dat zij de eersten waren, hebben ze de (gratis) grond gekregen en daardoor ook grootgrondbezitter geworden. Nu is dit niet meer mogelijk, tenzij op een paar heel afgelegen plekken. De eerste aangekomen werd eigenaar en later ook alkalo (burgemeester), naarmate er meer en meer mensen in die streek kwamen wonen. Alkalo, een titel die bovendien van vader op oudste zoon wordt doorgegeven.

De grond is hun rijkdom. En soms ook oorsprong van veel problemen. Dit is trouwens een van de redenen waarom ze een omheining rond hun domein zetten, naast het beschermen tegen dieren. Volgende generaties van de eerste families verdeelden in het beste geval de gronden, in het slechtste geval bleven ze telkens in bezit van de oudste zoon van de volgende generatie. En hier zie je de problemen komen.

Hiërarchie in de families is dikwijls een issue. De oudste zoon erft normaal alles, maar als die sterft voor de vader sterft, dan gaat alles naar de volgende zoon, de nieuwe ‘oudste’. De oorspronkelijke lijn wordt doorbroken, waardoor de kinderen van de eerste zoon kunnen fluiten naar wat ze normaal zouden geërfd hebben van hun vader. Dat dit tot conflicten kan leiden binnen de volgende generaties hoeft geen betoog. En waar de eerste families grootgrondbezitters waren is dat na een paar generaties serieus verwaterd gezien het aantal kinderen. In sommige gevallen heeft dit tot rechtszaken geleid. De oudste zoon verkoop gronden om aan centen te geraken, in het beste geval onderhoudt hij daarmee de ganse familie, in het slechtste geval enkel zijn gezin. Bovendien zijn er geen of te weinig jobs, met als gevolg de armoede die we zien.

We passeren hun eerste community garden en komen toe in de tweede. Prachtige tuinen, heel veel vrouwen aan het werk, het lijkt allemaal goed georganiseerd. Het eerste wat me opvalt, in beide tuinen, zijn de watertorens en de zonnepanelen. In de eerste tuin 18 panelen, in de tweede tuin 24 panelen. Serieuze installaties, veel groter dan de onze. Maar vuil, vol stof en zand. Onmogelijk dat deze installaties hun volledige vermogen leveren om het water op te pompen. Daarnaast lijkt de pomp zelf ook defect, want hij pompt heel weinig water op. In de tweede tuin hebben ze dan ook een serieus tekort aan water en dit niettegenstaande er een betonnen watertoren staat, die een pak hoger en vele malen groter is dan de installaties die wij zetten. Ik schat een betonnen vat van 30 tot 50.000 liter. Maar toch tekort aan water?! Ik geef hen het goedbedoelde advies om de panelen regelmatig te kuisen, elke dag indien nodig. Waarop het laconieke antwoord: we zullen er morgen of overmorgen mee beginnen. Tot dit aan de oren komt van een van de vrouwen, die onmiddellijk een 20-tal vrouwen optrommelt die in hun tuin aan het werken zijn en die er onmiddellijk werk van maken. De koe bij de horens nemen, eerder weggelegd voor de vrouwen dan voor sommige van de mannen. In elk geval, als het probleem hiermee niet opgelost is, moet er een technieker komen. Hun vraag naar een bijkomende installatie hier is echt niet nodig. Het probleem ligt elders. Ik vraag aan Omar om dit op te volgen, want als deze installatie naar behoren zou werken kunnen ze hiermee niet enkel hun tuin bedienen, maar leidingen leggen naar de meer afgelegen delen van het dorp. Zo spijtig dat ze dit laten liggen.

Wij trekken intussen verder naar de school, waar onze 2e installatie staat. En Lamin vertelt verder over hoe ze hier trachten te overleven. Hoe de vrouwen een lening aangaan om zaden te kunnen kopen, hun tuin onderhouden als hun kind, verbouwen, oogsten en op de markt hun groenten dan verkopen om hun lening terug te betalen. Als er iets overschiet nadat ze de lening hebben terugbetaald, kunnen ze hiermee bvb. het schoolgeld betalen. En dan mogen ze geen pech hebben met de oogst. Reden waarom ze veel ajuin verbouwen. Dit is immers een gemakkelijke groente om te verbouwen en kan verschillende keer per jaar geoogst worden. Met als gevolg dat veel vrouwen dit doen, wat de prijs niet ten goede komt.

In de tuin geraakt Dirk in gesprek met Almamo Touray (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.), secretary of the VDC van Banyaka en projectleider, in het kader van een rijstproject die ze wensen op te starten. Gezien het grote tekort aan voedsel zou dit wel iets kunnen zijn waar we iets mee kunnen aanvangen. Rijst is immers hun belangrijkste bron van voeding. En we hebben het er al eerder over gehad dat we de kinderen in onze scholen minstens 1 deftige maaltijd per dag wensen te bezorgen.

We komen toe in de school waar onze tweede waterinstallatie staat, Banyaka Gidda. Waar een uitgebreide delegatie ons staat op te wachten. Er is zelfs een journalist en cameraman aanwezig. Dit wordt dus terug een ceremonie met heel veel dankbetuigingen. Onze boodschap dat dit voor ons niet hoeft is nutteloos. Hun dankbaarheid en traditie is zo veel malen belangrijker. Uit respect leggen we ons hierbij neer, telkens weer. Er zit niet veel ander op.

Zo komen Lamin Camara (VDC Chairman), Sanne Camara (Alkalo), Botto Bojang (Council), Fatou Njie en Nyima Tourray (Voorzitter Woman’s Committee) en Lamin Barrow aan bod. De klassieke boodschappen van ABARAKA (dank), het belang van water voor de kinderen, voor hun economie, gebeden voor ons, vraag naar extra hulp voor de tuinen, dank aan Allah en de verschillende committees die dit mogelijk gemaakt hebben? Hun geloof is echt wel merkwaardig, tenminste wat mij betreft toch.

Daarnaast te weten gekomen dat er 17 communities zijn rond Banyaka, die ook allemaal nood hebben aan zuiver water. We krijgen ook een dank voor het feit dat we het ganse traject te voet hebben gedaan, wat duidt op onze interesse in het dorp om te weten te komen welke hun noden zijn. De vraag naar extra hulp blijft dan ook niet achter. Hier treffen we in elk geval al een dorp aan die zelf heel veel initiatieven heeft genomen.

In onze boodschap herhaal ik wat we overal zeggen: het belang van het goed onderhouden van de waterinstallaties, het belang van zelf initiatieven te nemen. Ik wens ze proficiat met de initiatieven die ze zelf nemen en maak ook duidelijk dat we veel aanvragen krijgen en onze steun moeten verdelen en ook focussen op die dorpen die het meeste steun nodig hebben. In die zin staan zij al veel verder dan veel andere, armere, dorpen.

Om af te sluiten krijgen we de eer om een mooi lint door te knippen, de officiële inauguratie van de waterpompen. Gammol krijgt een certificaat die een uitdrukking geeft aan hun dankbaarheid, we krijgen groenten mee als geschenk, er zijn nogmaals de laatste dankwoorden door Lamin Barrow en afsluiten doen we met de obligate foto’s.

Ons bezoek in Banyaka heeft ons wel wat tijd gekost, maar ook veel geleerd. Heel nuttig, maar intussen zijn ze wel aan het wachten in het volgende dorp!

Falaa

2024031702
Inhuldiging nieuwe school in Falaa.
Leerling Yusupha Bojang geeft een prachtige speech.

Falaa! Het dorp waar we verleden jaar, in 2023, een nieuwe school hebben gebouwd. We krijgen een uitbundige ontvangst: als we uit de wagen stappen moeten we door een zingende en dansende erehaag gevormd met alle leerlingen en leerkrachten. Kinderen mogen zinden en dansen, ondanks de ramadan. Ik schat zo’n 200 leerlingen. Hartverwarmend. En we maken ons op voor de vele speeches…

Komen aan beurt, in volgorde: de Imam Seedy Saidy, head of school committee Yusupha Jassey, representative of the Alkalo Fafansu Jabang, head of school Mohammed Faye, VDC Chairman Jonsaba Sillah, health worker and leader of Nimisat project Sarjo Sarr, director of the region Shukh Omar Jarju, leader of the mother committee Sainabdu Sillah, regional councelor Botto Bojang, en de belangrijkste helemaal als laatste, een verlegen jongen van 15 jaar die een mooie speech heeft voorbereid, Yusupha Bojang.

Zo’n nieuwe school is echt wel geen alledaags evenement, vandaar de nogal officiële inhuldiging met alle plichtplegingen hieraan verbonden. Nadat Dirk het lint heeft doorgeknipt, beginnen we eraan!

Belangrijkste boodschappen uit de vele speeches:

  • De plicht en verantwoordelijkheid van de ouders om hun kinderen naar de school sturen;
  • Kennis is essentieel, in deze tijden nog meer dan vroeger;
  • Het belang van een goede structuur en de evolutie die hiervoor nog nodig is;
  • Teachers moeten de steun krijgen van de voltallige community;
  • Verdere middelen moeten uit de gemeenschap komen om het leven van de kinderen te verbeteren, want zij zijn de toekomstige leiders van het land;
  • Uitdaging om de kinderen zowel op intellectueel, emotioneel als fysisch (voeding) vlak te ontwikkelen;
  • Belang van de opvoeding en het Engels om de kansen voor de kinderen te vergroten wordt benadrukt;
  • De school moet nu verder ontwikkelen, en Gammo-hulp blijft natuurlijk altijd welkom;
  • De ambitie om de school te doen groeien, met als gevolg later de nood aan extra klassen,
  • Het “historische” van het event voor Falaa wordt meermaals benadrukt, met nadruk op wat er nu nodig is: ontwikkeling, discipline, determinatie.

Onze Omar wordt ook uitvoerig bedankt: hij is niet de gemakkelijkste, maar hij heeft een missie, is eerlijk, “very dedicated” en gaat er voor de volle 100% voor. Terechte dank voor Omar, maar ook voor Lamin, onze stille kracht.

De regional councelor belooft 5 free scolarships voor de 5 beste leerlingen, zodat deze later verder kunnen studeren.

In onze toespraak speel ik in op wat er gezegd is. Ik leg hierbij de nadruk op de verwachting van onze sponsors die dit mogelijk gemaakt hebben. Ik wijs ze op hun verantwoordelijkheid, niet enkel voor hun eigen school, maar dat ze een voorbeeld moeten worden voor toekomstige projecten zodat onze sponsors bereid blijven om ons te steunen, zodat we nog meer scholen kunnen bouwen op andere plaatsen in Gambia waar dit ook nodig is. Naast de vele sponsors die dit project mogelijk hebben gemaakt, licht ik toch heel specifiek toe wat Lotus hier voor hun schoolgemeenschap betekent, omdat zij specifiek onze schoolprojecten sponsort, passend binnen hun eigen maatschappelijke visie. Ik benadruk hoe belangrijk het is dat zowel de leerlingen als de leerkrachten gemotiveerd zijn. En de ondersteunende rol en verantwoordelijkheid die ouders en de gemeenschap hebben om zowel leerlingen als leerkrachten maximaal te ondersteunen.

Als laatste spreker komt Yusupha Bojang aan bod. Hij is 15 jaar, heeft zich heel goed voorbereid, is behoorlijk zenuwachtig, maar heeft het schitterend gedaan.  

Dit is een stukje uit zijn speech: "Mr. chairman; distinguish guest ladies and gentlemen; Education is the key to success, no society can developed when population are without requisite knowledge; without support to achieve the goals of the school will be a challenge; Mr. Chairman, distinguish guest ladies and gentlemen, Omar Saidy visited the school one afternoon last year with two gentlemen from Belgium came across the major obstacles of the school the situation of the school at that time was alarming. Gammol team struggled so hard in different avenues in search of funds purposely meant to support the children of the Gambia to acquire knowledge; their aspiration; commitment and determination towards the improvement of the school no more a dream but a reality with the provision of modern classrooms, office and a Kitchen in the school; as PTA provides us with meals every day..."  (volledige toespraak Yusupha Bojang...)

Om af te sluiten gaan we nogmaals rond in de school, waarbij we de vraag krijgen om een schoorsteen te installeren in de keuken (wat echt wel nodig is). We stemmen hiermee in, op voorwaarde dat zij voor de nodige stenen zorgen. Daarna gaan we langs hun schooltuintje, waar ze de kinderen leren tuinieren. Een klein stuk grond die ze mogen gebruiken van de buurman. Hier vragen ze of we hen niet kunnen helpen aan een groter stuk tuin. Dit hangt natuurlijk af van de prijs van de grond die de buurman zou vragen. Ik zeg aan Jonsaba dat ze zich moet informeren, maar beloof niets. En natuurlijk hebben ze dan ook nood aan een grotere waterinstallatie, waar ze zowel de tuin als het dorp mee kunnen bedienen. We gaan hier nu niet op in.

We ronden ons bezoek af, met nogmaals de nodige bedankingen en vertrekken naar ons hoofdkwartier in Sanyang, waar we afgesproken hebben met de nieuwe Village Development Committee van Sanyang. Naast de kennismaking met de nieuwe VDC, hebben we namelijk een paar belangrijke punten te bespreken, met als voornaamste de toekomst van het Gammolhuis, waar ons HQ gevestigd is, en de situatie op de fishing market.

We worden verwelkomd door de nieuwe VDC en door Lamin Jalang, de Alkalo van Sanyang Village. Niettegenstaande we nu al verschillende jaren naar Gambia komen, is dit de eerste keer dat we hem ontmoeten. Achteraf gezien was het niet verwonderlijk dat hij aanwezig was.

Een rijk man naar Gambiaanse normen. Dit hebben we ook kunnen vaststellen toen we terug naar onze lodge gingen. Omar heeft ons zijn compound, of eerder villa, getoond, samen met de tuinen waarvan hij eigenaar is. Hoe sommige Gambianen rijk geworden zijn, van vader op zoon, hebben we geleerd uit ons bezoek in Banyaka.

Daarnaast maken we kennis met de nieuwe VDC-leden: Jonsaba Sillah (vrouw en VDC chairman), Yusupha Jassey (kenden we van de vorige VDC) en daarnaast allemaal nieuwe gezichten: Lamin Jarju, Lamin Saldy, Lamin Darbie en Botto Gaye. Daarnaast, ook aanwezig, Babucan en Gibril Sanyang (2 broers), niet deel uitmakend van de VDC, maar we zouden snel weten waarom zij aanwezig waren!

Na het obligate gebed, begon de Alkalo met een uitleg over de plannen die ze hadden om een ‘skill center’ op te richten. Elk jaar studeren er zo’n 1.000 leerlingen af in Sanyang en met het skill center willen ze minstens een groot gedeelte hiervan een stiel leren. Doelstelling om dit aan ons te vertellen: nood aan steun om dit (uit te) bouwen. Maar veel verder in zijn verhaal kwam hij niet, want Babucan Sanyang onderbrak hem. Wat niet in dank werd afgenomen, omdat dit getuigt van te weinig respect voor de oudere in het algemeen en zeker de Alkalo specifiek.

Maar Babucan was niet te houden. Hij was, om het licht uit te drukken, boos. Heel boos. Op de VDC, op ons, op de alkalo. Zowel in het Engels als in het Mandinka, de lokale taal. We begrepen er niets van, en niet enkel omdat de helft in het Mandinka was.

Maar stilaan werd alles duidelijk:

  • Onze voorganger, Jean, heeft indertijd het Gammolhuis laten bouwen op een stuk grond die niet van Gammol is. Wel een stuk grond waar hij toestemming voor had gekregen om op te bouwen. Al die jaren was/is dit ons hoofdkwartier geweest, waar ons kantoor is, ons materiaal opgeslagen wordt, de verpleegsters en studenten kunnen logeren als ze in Gambia zijn.
  • Verleden jaar hebben we met de vroegere VDC een M.O.U. (memory of understanding) afgesloten, die ons onder andere toeliet het Gammolhuis te behouden zolang we onze activiteiten verderzetten in Gambia. Hier zijn nogal wat discussies aan vooraf gegaan met de toenmalige VDC om tot dit akkoord te komen. Voor ons was dit belangrijk, omdat het nodig is te investeren in de verfraaiing van het Gammolhuis. Tot hier alles ok.
  • Nu blijkt echter dat de grond waarop we gebouwd hebben niet van de community is. Wij waren in de overtuiging dat dit wel zo was, vermits de VDC nooit anders had aangegeven. Bovendien gaven ze blijk dat ze het mandaat hadden om de M.O.U. te ondertekenen. Echter, de grond behoort dus toe aan de familie van Babucan. Wij vielen uit de lucht.
  • Babucan dus woedend op de vroegere VDC, op de Alkalo, op de ouderen, op ons… Wij hebben vrij snel kunnen duidelijk maken dat wij van niets wisten, wat hij uiteindelijk ook geloofde en waarna zijn toon naar ons toe helemaal veranderde. Maar naar de rest toe duidelijk niet. En de nieuwe VDC stond erbij en keer ernaar, want zij hadden hier ook niets mee te maken.
  • De Alkalo was duidelijk niet tevreden dat dit ter sprake kwam in een vergadering met een andere agenda. Hij dus eveneens boos. Heeft aan Babucan duidelijk gemaakt dat zijn over-overgrootvader de grond heeft gekregen van de over-overgrootvader van de Alkalo, en dat hij, als het puntje bij het paaltje komt, geen recht heeft op de grond waar het Gammolhuis op staat. Hoogoplopende ruzie.
  • Op een zeker moment heeft de Alkalo het gesprek gestopt, met de belofte de dag nadien terug samen te zitten met Babucan en de ouderen, waarna wij feedback zouden krijgen over het resultaat van hun besprekingen.
  • Niettegenstaande wij (of eerder het Gammolhuis) het onderwerp van de ruzie zijn, staan we hier volkomen buiten. Wat wij nodig hebben is zekerheid dat we een plek hebben van waaruit we ons werk in Gambia kunnen verderzetten. Zonder hierbij het risico te lopen om op een zekere dag op straat te staan. Dit is trouwens een van de redenen waarom we er al een paar jaar aan denken om eventueel zelf een grond te kopen en er iets op te zetten. Maar zover zijn we dus niet.

Dit alles heeft toch wel serieus wat tijd in beslag genomen. Terug in onze lodge aangekomen bespreken we welke nu de volgende stappen zouden kunnen zijn. De gronden die we eerder bezocht hebben lijken nu wel weer een optie te kunnen worden. Maar we hebben de volgende dag terug een afspraak waar we verwachten feedback te krijgen over hun onderlinge gesprek.

Dirk Depoorter

Maandag 18 maart

Het is alweer onze laatste dag. Deze avond terugvlucht.

Abuko Gammol Nursery School

We hebben een afspraak in onze nursery school in Abuko. Onze Engelse kleuter/lagere school, met 4 klassen. Naast het plezier dat we hebben telkens als we Abuko bezoeken, waarbij we overvallen worden door het enthousiasme en plezier van de kleutertjes, is onze doelstelling vooral om van Omar Jarju (directeur) en Pierre (gemotiveerde leerkracht) meer te leren over de verschillen tussen een Engelse en een Arabische school. In de namiddag hebben we namelijk een overleg met de verantwoordelijken van de andere Gammolscholen om na te gaan wat er nodig is om de kwaliteit van het onderwijs te verzekeren.

2024031801
Omar Jarju, Dirk Depoorter en Dirk Fannes voor een enthousiaste klas leerlingen.

Wat Omar en Pierre ons zeggen is dat er een aantal voorwaarden zijn die vervuld moeten worden om kwaliteitsonderwijs te kunnen leveren. Daarnaast krijgen we een beter zicht over het verschillend functioneren tussen een Engelse en Arabische school:

  • Het belang van de motivatie van de leerkrachten én de kinderen. In Abuko is discipline eveneens een prioriteit.
  • Het aanleren van de Engelse taal vanaf dag 1.
  • Het belang van een deftig leerplan, een leermethode.
  • De nood aan deftige klaslokalen, met indien mogelijk aparte lokalen per leeftijd.
  • Het Arabisch is eveneens belangrijk. Abuko is een Engelse school. De aanpak hier is dat de kinderen een paar dagen naar een Arabische school gaan, naast de Abuko school waar ze enkel in het Engels onderwezen worden.
  • In een Arabische school worden kinderen in beide talen onderwezen, in het slechtste geval is het Engels een vak zoals andere vakken. Te vermijden als we de kinderen maximale kansen wensen te geven.
  • Om gemotiveerde leerkrachten te hebben, moeten deze voldoende loon krijgen. In Abuko is dit geen probleem, omdat de ouders schoolgeld storten. In armere regio’s, waar de ouders geen middelen hebben, is dit een probleem. Leerkracht zijn is daar een 2e of 3e job, kwestie van rond te komen.
  • Leerkrachten in een Arabische school worden niet gesubsidieerd door de regering, maar zijn afhankelijk van sponsors en de (dikwijls te) arme ouders.

De inzichten die we krijgen dankzij onze gesprekken geven ons stof tot nadenken:

  • Als we Falaa en Sanchaba gebouwd hebben stonden we niet zo stil bij de verschillen. De nood om voor kleine kinderen, die geen of te weinig onderwijs kregen, de mogelijkheid te geven om te leren was onze belangrijkste motivatie om de scholen te bouwen.
  • Daarnaast wilden en willen we een community van Gammol scholen oprichten, zodat de scholen van elkaar kunnen leren, om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Hoe kunnen we dit in de praktijk zetten, wetende dat Abuko een Engelse Nursery School is, en Falaa en Sanchaba Arabische Nursery & Primary Schools zijn. We zijn overtuigd van de aanpak in Abuko, maar weten ook dat dit jaren heeft geduurd alvorens op het niveau te geraken waarop ze vandaag zitten.
  • We merken dus grote verschillen in aanpak. En moeten daarom ook antwoorden vinden op een aantal vraagstukken:
    • Moeten we ons enkel richten naar Nursery schools (kleuters), zoals in Abuko, waar we ons concentreren op een deftige basis. Of moeten we ons ook richten naar Primary schools (lagere school), zodat we meer kinderen kunnen bereiken en een leerkans geven?
    • We hebben vast kunnen stellen dat er in de armste dorpen de middelen ontbreken om voor elke leeftijd aparte klassen te hebben, waardoor verschillende leeftijden in een klas zitten, wat het extra moeilijk maakt voor een leerkracht. Kunnen we daar een mouw aan passen?
    • Moeten we het aantal leerlingen en de gemengde leeftijden per klas beperken om de kwaliteit te verhogen, maar waardoor we kinderen gaan moeten weigeren? Of moeten we net zoveel mogelijk kinderen als mogelijk de kans geven te leren. De beste leerlingen komen dan misschien toch bovendrijven?
    • Of is het de bedoeling de kinderen van de straat weg te houden?
    • Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de leerkrachten gemotiveerd zijn/blijven?
    • Hoe verhouden de Engelse en Arabische scholen zich met elkaar, en hoe kunnen we ervoor zorgen dat de kwaliteit van het onderwijs evenwaardig is. Wat we zeker niet gaan ondersteunen zijn de Daras-scholen, die enkel de Koran aanleren.
    • Kunnen we wel aan subsidies geraken, indien we enkel Engelse scholen zouden bouwen? En wat betekent dit in de praktijk?
    • Uiteindelijk komt het erop neer waar we de lat willen leggen, welke onze ambitie/doelstelling is? Wat willen we voor de kinderen bereiken en welke is de beste weg er naartoe?

Ik denk dat we het erover eens zijn dat “Gammol wants to invest in schools that provide children with the best possible education, which can contribute to increasing the children's chances of succeeding later in life”.

Indien dit betekent dat een voorwaarde hiervoor is dat we enkel Engelse scholen bouwen, dan moeten we dit ook doen.

Gammol community voor scholen 

Onze laatste stop voor vertrek is terug in Sanyang. We hebben afgesproken met Yusupha Jassey (Falaa) en Lamin Bojang (Sanchaba). Omar Jarju hoeft er niet bij te zijn, het gesprek die we met hem en Pierre hebben gehad in Abuko heeft ons voldoende stof tot nadenken gegeven die we willen delen met Yusupha en Lamin om hun feedback hierop te krijgen. Naast Yusupha en Lamin zijn er nog 2 ouderen bij die de communities vertegenwoordigen.

Doelstelling om de koppen bij elkaar te steken en na te gaan hoe we de volgende stappen zien. Zowel naar het creëren van de Gammol community, als naar de aanpak van het onderwijs in de scholen. Ik verwijs hierbij ook naar het gesprek dat we op 14 maart in Sanchaba hadden met de betrokkenen. Ze hebben werk gemaakt van de voorbereiding. Er is duidelijk overlegd tussen de betrokkenen, dat geleid heeft tot een overzicht van de verschillende aspecten die we eerder besproken hebben: het financiële, het organisatorische en het educatieve. Yusupha heeft dit alles in een powerpoint gegoten, die een overzicht geeft van hoe zij de aanpak zien. Er ontspint zich een interessante discussie waarbij we de verschillende hierboven beschreven topics aanhalen. Toegegeven, de voorbereiding mag er zijn.

Een van de punten waar we toch wel een tijdje over gediscussieerd hebben is over de verschillen tussen een Arabische en een Engelse school. Waarbij Yusupha en Lamin ons trachten duidelijk te maken dat de combinatie van Engelse vakken (taal, maar ook rekenen, algemene kennis) waar de focus ligt op begrijpen en Arabisch, waar veel meer de focus ligt op het geheugen, een waardevolle combinatie is. Er zit een zekere logica in, maar helemaal overtuigd zijn we niet.

Een van de besproken punten met betrekking tot de educatieve aspecten handelt over de nood aan het testen van de leerlingen, om hun evolutie te kunnen meten. Het is moeilijk om onze scholen met elkaar te vergelijken, enkel al door de verschillende omgeving waarin ze zich bevinden en door het verschil aan middelen die ze ter beschikking hebben, maar toch rekenen we erop dat de leerplannen die we invoeren, waarvan testen een onderdeel is, ons op termijn een indicatie kunnen geven over de evolutie van de kleuters/leerlingen.

Ons gesprek hierover is niet afgelopen. Eigenlijk hebben we hier nood aan iemand die de opvolging hiervan (en van de scholen) op zich zou kunnen pakken. Stof tot nadenken.

Ons laatste gesprek alvorens naar het vliegveld te vertrekken is met Yusupha, die ons feedback komt geven over het gesprek die Babucan met Lamin Jalang (Alkalo Sanyang) en de ouderen ’s morgens had over het Gammolhuis. Het gesprek zou in alle kalmte verlopen zijn, maar met een uitslag die ons, ten minste deels, niet echt zint. Zo zouden de ouderen beslist hebben om een rechtszaak aan te spannen tegen Babucan over het eigendomsrecht van de grond waar het huis op staat. En dit op basis van de schenking van zoveel jaar geleden, maar waar geen bewijs van zou bestaan. Een onevenwichtige strijd, vermits de Alkalo zich de beste advocaten kan veroorloven, terwijl Babucan dit helemaal niet kan. Bovendien willen we dit ook niet. Het laatste woord is hier nog niet over gezegd.

Tezelfdertijd is de VDC bereid om ons een grond in bruikleen te geven waar we een nieuw Gammolhuis kunnen op bouwen. Er zijn 2 locaties in Sanyang die we gaan bezichtigen, die tot de community behoren. Een van de terreinen zou zeker voldoen. Onze boodschap aan Yusupha is echter dat er wat ons betreft geen sprake kan zijn van een bruikleen. We verwachten dat we de grond krijgen, eigenaar worden, waarbij we bereid zijn om een akkoord te maken dat de grond en het gebouw erop eigendom wordt van Sanyang community, de dag dat we niet meer zouden investeren in Gambia. De andere optie is dat we met Babucan een afspraak maken met betrekking tot het gebruik van ons huidige HQ. Ook dit moet nog een vervolg kennen…

2024031802
Yusupha Jassey toont een stuk grond dat zou kunnen dienen voor het nieuwe Gammol huis.

We pikken onze koffer(tje) op in de lodge, rijden naar de luchthaven in Banjul. De voorbije dagen waren te kort, onze reis was te kort om dieper in te gaan op een aantal zaken. Afscheid nemen van Lamin en Omar is emotioneel en weegt vooral op Omar zwaar…

Na 5 paspoortcontroles stappen we om 20u00 op het vliegtuig, en landen in Zaventem om 5u00…

Dirk Depoorter

Vrijdag 13 januari

(Te) vroeg opstaan… 3.40 uur, want Dirk pikt me op om 4.00 uur. Vlucht naar Gambia om 5.50 uur om in Banjul toe te komen om 11.50 uur plaatselijke tijd. Dat is een uur vroeger dan hier. Weinig beweging op de luchthaven, vlotte check in en douanecontrole. Nog tijd om ons programma te bespreken, want we zitten niet naast elkaar. Vlotte vlucht, nog goed kunnen slapen, in tegenstelling tot Dirk.

Banjul, International Airport The Gambia, 11.50 uur. Na de gebruikelijke administratie en checkpoints naar de uitgang. Onze medewerkers Omar en Lamin wachten ons op. Hartelijk weerzien. Vermits we slechts vier dagen echt ter plaatse zijn, hebben we Omar gevraagd om onmiddellijk te starten met de bezoeken en afspraken.

Abuko nursery school

Afspraak in onze Gammol school in Abuko met de hoofdonderwijzer Omar en één van zijn sterk gemotiveerde leraars, Pierre. We bespreken met hen onze doelstellingen met betrekking tot het onderwijs. Eerst vragen we naar hun leerplannen en leermethodes. In de nursery school (kleuteronderwijs) werken ze met een 4 jarenplan, gestructureerd maar verouderd. Het idee van een Gammol School Committee wordt enthousiast onthaald en Pierre wil dit wel trekken. Idem met het idee van avondonderwijs voor volwassenen. We stellen voor dat de inhoud ervan zou moeten bepaald worden door de community zelf in functie van hun noden. Starten met een bevraging/brainstorming. Tussendoor vraag ik aan Pierre wat zijn salaris is: 4 000 dalasi per maand, zo'n 60 euro dus, en enkel in de maanden dat er onderwijs wordt gegeven. Dat maakt ongeveer 600 euro per jaar…

Willingara

20230113 01Willingara is onze volgende stop. Eén van de nieuwe waterprojecten. We worden met alle egards ontvangen door een ruime afvaardiging van het dorp. Het is eerder kleine stad, vermits er in de hele community ongeveer 16 000 inwoners zijn, en in de ruimere omgeving 60 000. Schatten ze, want precieze cijfers zijn er niet. Er wordt gemakkelijker in compounds gerekend. Dit zijn de woonplaatsen van de families, waar meestal tussen 10 à 15 personen samenleven. Onze installaties zijn niet berekend op zo’n groot aantal, in functie van de dichtheid van de bevolking bedienen we met onze installatie (pomp met 1 km leiding en tien kranen) tussen de 1 500 en 4 000 koppen. De vraag naar extra pompen, tot wel 10 extra, was te verwachten! We leggen uit hoe we onze prioriteiten bepalen. Daarnaast vragen ze ook om de herstelling van hun moskee. Daar zeggen we een duidelijke “nee” op. Niet vanuit enige geloofsovertuiging, maar omdat wij ons concentreren op water, onderwijs en gezondheidszorg.

Sinchu Sorrie

Sinchu Sorrie is de laatste stop voor vandaag. Eveneens een nieuwe installatie waar we pech hebben gehad. Om een of andere reden is de schacht van de put die we geboord hebben, ingestort. De verantwoordelijke counselor spreekt over sabotage, een politieke afrekening die te maken heeft met de verkiezingen. Geen leuk nieuws, maar we hebben toch beslist om een nieuwe put te boren. Ook hier krijgen we de vraag naar bijkomende pompen. Een rode draad bij al onze bezoeken. Ik ga dus niet in herhaling vallen.

Intussen is het al avond, tijd om naar onze lodge te gaan, waar we warm ontvangen worden door de eigenaar Oliver Monk. Kleine lodge met 2 kamers, we zijn dus de enige gasten. We beslissen om hier elke morgen en avond te eten, samen met Omar en Lamin, kwestie geen tijd te verliezen en nog te kunnen napraten. Afspraak morgen zaterdag om 8.00 uur.

Zaterdag 14 januari

Vandaag blijven we in de regio van Sanyang. Hier hebben we heel wat projecten opgezet. Eveneens is het de thuisbasis van Gammol.

Sanchaba school

Na ons ontbijt vertrekken we naar de Abubacarr Sidiki Arabic School in Sanchaba. Dit is de school die we vorig jaar, in 2021, gebouwd hebben, en waar we in 2022 een bijkomende uitbreiding bouwden: twee extra klaslokalen, een keuken met opslagruimte, deftig sanitair en een speelbare speelplaats. Daarnaast hebben we de klassen voorzien van deftige tafels en stoelen voor de leerlingen.

20230114 01Eerste verrassing: niettegenstaande het zaterdag is, zijn alle leerlingen, leraars en vele ouders komen opdagen om ons warm te onthalen, om ons en onze sponsors te bedanken voor wat we gerealiseerd hebben. Het wordt een feestelijke morgen, waar we niet op gerekend hadden en wat ook niet voorzien was gezien de beperkte tijd die we hier zijn. Maar er is geen ontkomen aan. We worden in feestkledij gezet en worden getrakteerd op zang (zo’n 200 leerlingen die samen zingen), een toneelstukje, een onderwijs moment, verschillende speeches, en de obligate groepsfoto. Ook aan ons wordt gevraagd iets te zeggen, waarbij onze boodschap is dat de leraars ons het beste kunnen bedanken door kwaliteitsvol onderwijs te geven, en de kinderen door goed te leren. Daarna is het aan Dirk om het lint door te knippen van het nieuwe klasgebouw met twee nieuwe klaslokalen.

Tweede verrassing is dat we zien dat een deel van de speelplaats ingenomen is door 2 extra klassen in golfplaten. Reden: te veel kinderen, waardoor plaats tekort. Als we het schoolhoofd en de VDC (Village Development Committee) hierop aanspreken, krijgen we een verontschuldigend antwoord: “we kunnen die kinderen toch niet weigeren om onderwijs te volgen”. Weinig tegen in te brengen. We wijzen hen toch wel op de noodzaak om kwaliteitsvol onderwijs te geven, en dat te grote klassen misschien wel contraproductief zijn. Een aandachtspunt.

Eenmaal de festiviteiten voorbij zitten we samen om hun noden te bespreken en welke onze hoop en verwachtingen zijn naar de kinderen toe. Ook hier halen we dezelfde thema’s aan als in de Abuko school, en ook hier voelen we de openheid om minstens mee te denken. We maken hen duidelijk dat onze hoop is dat de Abubacarr school een voorbeeld kan worden voor de andere scholen in Sanyang. Ook hier vragen we naar hun leerplannen, maar het is duidelijk dat ze minder ver staan wat betreft onderwijs dan in Abuko. Een van de problemen is het vinden van gekwalificeerde leerkrachten.

Nimisat

20230114 02Later dan gedacht vertrekken we naar het Nimisat Community Water Project. We zijn hier vorig jaar in mei geweest, maar intussen zijn er bijkomende extensies aan de pomp geplaatst. We worden al dansend verwelkomd door de vrouwen, zij die het meest voordeel hebben bij het plaatsen van onze waterinstallaties, want “voor water zorgen en alles wat daaraan gekoppeld is, is een taak van de vrouwen”. Ze benadrukken nogmaals wat de pomp hen gebracht heeft: vroeger waren er twee manieren om aan water te geraken: met emmers, touwen én vrouwkracht onzuiver water uit putten halen die 10 tot 15 meter diep zijn, ofwel om 4 uur opstaan, omdat er dan wel water uit de kranen komt, geleverd door NAWEC (de nationale watermaatschappij). Dat dit ten koste gaat van de gezondheid, van zowel de vrouwen als de kinderen spreekt voor zich.

Intussen heeft de waterinstallatie een leidingennet van ong. 1 400 meter met 12 kranen. Nimisat Village heeft een “marketplace” die heel belangrijk is voor de community en vraagt of het mogelijk is om ook daar water te voorzien. Dit is het dorp dat sinds de start van het project een bijdrage vraagt aan de verschillende compounds (families), zodat ze zelf extensies kunnen plaatsen, wel na advies van Gammol. Zo hebben ze tot nu 33 000 Dalasi kunnen sparen. Een kleine 500 euro, wat daar een heel groot bedrag is. Voor we vertrekken worden we nogmaals bedankt voor de bijdrage die we geleverd hebben met ons project. We krijgen een doos vol fruit, en blikjes limonade. We willen dit graag delen met de aanwezigen, wetende dat ze geen overschot hebben, maar Omar maakt ons duidelijk dat we dit niet mogen doen.  

Fula Kunku

Op naar Fula Kunku. Dit is het eerste waterproject dat onze 2 medewerkers in Gambia, Omar en Lamin, volledig zelf geïnstalleerd hebben. Nog een installatie van de oude stempel (lage toren, klein watervat). Wat te verwachten is: vraag naar een performantere installatie. Ik stel vast dat er een kraan wordt afgetapt die naar een bouwwerf loopt, waarop ik vraag of de bouwheer dan betaalt voor het water waar hij zijn huis mee rechtzet? Ontwijkend antwoord. Waarop we voorstellen dat er een “tap committee” wordt opgericht, net zoals in Nimisat, zodat er ook vanuit de community mee geïnvesteerd wordt in het vergroten van de bestaande installatie.

Falaah

We rijden door naar Faalaa, waar we een waterinstallatie van de oude generatie hebben. We willen er vooral een nieuw schoolproject bespreken. En we worden verwacht! Een erehaag met langs beide kanten alle schoolkinderen, ik schat een 150-tal, die voor ons beginnen zingen en een aantal leuke borden met een boodschap voor Gammol gemaakt hebben. We worden opgewacht door Senebu, een heel vitale dame, die hier de touwtjes goed in handen heeft. Wat de watervoorziening betreft: ook hier vraag naar grotere installatie die moet toestaan om een gemeenschapstuin gemakkelijker van water te voorzien. Nu worden er tonnetjes van 50 liter gevuld en klaargezet in de tuin, om dan tegen de avond alles te kunnen besproeien. Een deel van de opbrengst van de groenten die verbouwd en verkocht worden, dient om de kinderen van het schooltje een middagmaal aan te bieden.

Er was dus al een school aanwezig. Echter, op 7 juli 2021, midden in het regenseizoen, is het dak afgewaaid, waarna de regen vrij spel had en de muren van de klaslokalen zijn ingestort. Gelukkig waren er op dat moment net geen kinderen aanwezig. Er kwamen ongeveer 200 kinderen naar de nursery school. Vermits er geen klaslokalen meer zijn, hebben ze twee klassen opgetrokken in golfplaten. De leerlingen komen nu in twee shiften: voor- en namiddag. De nursery school van Faala stond al op onze agenda na ons bezoek vorig jaar. We hadden immers al vastgesteld dat de lokalen niet echt stevig gebouwd waren. Eén van de klassen was toen al ingestort.

20230114 03Wat hier in Faala moet gebeuren is het bouwen van nieuwe klassen, sanitair en een kookplaats. En indien mogelijk een nieuwe, hogere, toren met een watervat van 5 000 liter. Senebu heeft een committee opgericht om dit allemaal te realiseren, waarbij naar Gammol wordt gekeken. Dit is een project dat we wensen te realiseren. We maken duidelijk hoe wij het zien, en welke onze verwachtingen zijn. Wat voor ons evidenties zijn, zal daar stap voor stap moeten groeien. Maar de motivatie is aanwezig. En het initiatief ook, zie de lokalen opgetrokken in golfplaten! We spreken af dat hun roadmap medebepalend zal zijn voor de realisatie van dit mooie en grote project. We sluiten dit bezoek af met een paar mooie toespraken, o.a. van een van de (verlegen) kinderen.

Senebu nodigt ons hierna uit om in haar compound te komen eten. Gezellig samen uit een grote kom, een feestmaaltijd naar hun normen, maar ook in onze beleving. Op de weg naar haar compound komen we een kleermaker tegen die ons fier zijn atelier toont, waar hij de mooie kleren van de vrouwen naait. Een van de ideetjes om in avondonderwijs aan te leren? Ook zien we dat er in sommige tuinen nog altijd uit de “oude” bronnen, en op de “oude” manier water wordt geput. Fysiek werkje… voor de vrouwen! Dit water wordt wel niet meer gebruikt om te drinken of te koken, wel om plaatselijke tuintjes van water te voorzien.

Sanyang garden 

Laatste stop voor vandaag is de Sanyang Garden in Salaba. Een verplichte passage bij elk van onze bezoeken in Gambia. Een gemeenschapstuin van 500 m x 150 m die van water wordt voorzien dankzij onze installaties. Water wordt gepompt in grote reservoirs verdeeld over de tuin, waardoor de vele tuintjes kunnen besproeid worden. Probleem met een van de omvormers, waardoor de pomp stilvalt tussen 11 en 15 uur, net wanneer de zon het hardste schijnt. Ik heb telefonisch contact met de firma die de installatie en onderhoud doet, waarna Omar een afspraak maakt voor reparatie.20230114 04

’s Avonds bomen we nog even door over ons eerdere idee om een lodge te kunnen starten, en de administratieve problemen die we tegengekomen zijn om de nodige documenten in orde te brengen. Enig zelfbelang bij de betrokken ambtenaar is niet vreemd aan het feit dat we dit momenteel in de frigo hebben gestoken. We bespreken verder ook met Omar hoe we verder kunnen met Leetulor, het gezondheisproject van Mien en Marijke, dat momenteel op een lager pitje draait. Verder te bespreken in België met betrokkenen.