Reisverslag 15-16 januari (deel 2)

 Dirk Depoorter

Zondag 15 januari

We starten vandaag vroeg omdat we een stuk verder moeten rijden. De regionale counselor, Ousman Bah, rijdt met ons mee. Hij is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van een bepaalde regio en is daarvoor in nauw contact met onze Omar. Hij verschaft informatie over de noden in zijn regio, waarmee Omar aan de slag kan gaan. 

Gidda Sukuta

Eerste stop is Gidda Sukuta, waar we al een installatie staan hebben. Een community van naar schatting 4 000 inwoners, “fast growing”. Schatting mag je ook hier letterlijk nemen. We moeten hiervoor toch een betere methode vinden dan enkel maar af te gaan op een niet te controleren aantal. In elk geval: vraag naar een extra installatie. Ze leggen ook uit dat het zuiver water dat ze nu dankzij Gammol kunnen oppompen een magneet is voor nieuwe compounds / families om daar te komen wonen. En er is hier ook nog grond beschikbaar, wat op vele plaatsen niet meer het geval is. De steden en verstedelijkte gebieden zitten overvol en er is een vlucht naar meer afgelegen streken. Met als gevolg nood aan zuiver water, zeker omdat NAWEC niet tot hier komt om de inwoners van water te voorzien. In elk geval, het water heeft veel mogelijk gemaakt. Extra water dus, maar ook vraag naar een kliniek, en naar een afsluiting voor een groot stuk gemeenschapsgrond die dan kan dienen als gemeenschapstuin. We stellen hen de vraag waarom ze dit niet zelf voorzien?

Ook hier nemen gemotiveerde jongeren het heft in handen: ze hebben de greppels in drie dagen gegraven zodat we de leidingen konden leggen om een 10-tal kranen aan te sluiten. Ze zijn ook de eerste om te benadrukken hoezeer het water heeft geholpen om hun gezondheid te verbeteren. “It really changed our lives”. Alles wordt hier heel goed verzorgd. Er is een school in Gidda: nursery, primary en memorizing center (om de Koran te leren). Tijdens onze bespreking leggen we hen uit hoe we de toekomst zien, in functie van hun vraag naar extra watervoorzieningen, waarop ze heel duidelijk stellen dat ze ons gaan tonen dat ze het heft in handen zullen nemen door zelf de omheining te bouwen rond hun gemeenschapstuin. Bij ons volgende bezoek zou het er moeten zijn… We zijn benieuwd.

Mandinaba Darussalam

20230115 01Mandinaba Darussalam  betekent Mandinaba Peaceful Place. We krijgen een update over het waterproject van de Alkalo, die benadrukt hoe hun leven veranderd is dankzij het water. Ook hier groeiende bevolking dankzij de waterinstallatie. Hij spreekt van een 100-tal compounds met elk 10 tot 15 familieleden. Eerder dan te vragen om een bijkomende installatie, drukt hij zijn bezorgdheid uit of ze wel over voldoende water zullen beschikken in de toekomst. En ook nadat de zon is ondergegaan. Andere insteek. Vandaar de bedenking die we ons maken of er een manier is om te weten hoeveel water er nog in het vat van 5 000 liter zit bij zonsondergang, en bij zonsopgang, m.a.w wat is het verbruik eenmaal de panelen geen energie meer geven en dus geen water meer oppompen. Dit zou de werkelijke nood aangeven aan extra installaties en/of vaten. Vanuit die bezorgdheid legt hij ook uit hoe voorzichtig en zorgzaam ze met de installatie omspringen. Waarom de compounds ook vaatjes van 50 liter vullen om ook ’s avonds nog over zuiver water te beschikken.

De belangrijkste reden om naar hier te komen was echter hun vraag vorig jaar om een nursery school te kunnen bouwen. Vandaag moeten de kinderen 3 à 4 km stappen en vooral ook een heel drukke baan oversteken. Dit zou een project zijn die we van scratch moeten opstarten. Hier is namelijk niets. We leggen hen uit dat er voorbereidend werk door hen moet gebeuren. De roadmap: hoeveel kleuters, welke lessen, waar gaan ze de leraren vinden, hoe gaan ze de lonen betalen, een middagmaal voor de kleuters, … Er leeft echt het geloof dat de community de school kan laten werken. Ook hier vertellen we hoe wij onze aanpak zien, en tonen we de bereidheid om te investeren (niet voor 2024), als er een duidelijk plan ligt, en het nodige engagement. We bezoeken de locatie waar de school (op community ground) zou kunnen komen.

Kuloro Ba Duma en Faraba Sutu

We doen een kort bezoek aan de nieuwe installatie in Kuloro Ba Duma, waarna de regional councelor ons meeneemt naar hun community garden, die echt wel heel goed uitgerust is (nog efficiënter dan de Sanyang Garden). Ook hier, klassiek, worden we geconfronteerd met de vraag naar extra waterreservoirs. Hier gaan we niet op in, elders zijn de noden nog veel groter. We worden wel vriendelijk uitgenodigd hun gastenboek te tekenen…

We rijden verder naar Faraba Sutu. Nieuw project, gerealiseerd in 2022. We worden ontvangen door een delegatie, maar die voornamelijk uit jongere mensen bestaat (ik schat dertigers). Na de klassieke plichtplegingen, met uitreiking van een aantal Certificates of Appreciation, worden we wel geconfronteerd met een nieuw probleem, t.t.z. dit is de eerste keer dat we hierop aangesproken worden: we krijgen natuurlijk de vraag naar extra waterinstallaties, vanuit een noodzaak, maar ook omdat we geconfronteerd worden met de opmerking dat een gedeelte van het dorp nu beschikt over zuiver water, terwijl er twee andere wijken zijn die dit niet hebben. De afstand tussen de wijken is te groot om met onze installatie iedereen te bereiken. Gevolg: idee en gevoel van ongelijkheid. Dit is iets wat we niet mogen onderschatten. En dus ook meegenomen moet worden in de criteria die we hanteren om te beslissen waar we waterpompen plaatsen. Frustraties hierover zijn echt wel te vermijden.

Daarna doen wij ons verhaal over zelf verantwoordelijkheid opnemen, initiatiefname en de vraag hoe zij dit praktisch zien. Waarna de jongeren (een man en een vrouw) het woord nemen en ons hun plannen uit de doeken doen. Ze hebben reeds plannen laten maken om een overdekte markt te bouwen, die hun toelaten hun groenten te verkopen om wat inkomen te hebben. Daarnaast is er een school, de Alieu Jawo Memorial Nursery School, waar volop in geïnvesteerd wordt. Echt goed uitgebouwd, met een missie, een visie, duidelijke regels. En een trekker, Alieu Sanyang, zoals er meer zouden moeten zijn.

De missie: To create a conducive environment for effective and efficient teaching and learning.
Hun visie: To produce hardworking disciplined and productive pupils.
Met ook een dress code policy, attendance policy, health and environment policy, classroom rules, …

Ze worden mede gesponsord door Child Fund en de Saama Kairo Federation. Echt wel een voorbeeld voor wat misschien wel mogelijk is in andere communities. “Misschien wel”, omdat de lat hier hoog ligt, naar Gambiaanse normen. Prachtig. Hoe de school ingericht is, de keuken, de eetzaal, maar vooral hoe ze dit allemaal georganiseerd hebben. Eigenlijk moeten we hier eens terugkomen op een schooldag. Echt wel bewonderenswaardig, en hoe wij het in onze droom zagen voor de andere gemeenschappen waar we willen blijven in investeren. Nog een hele weg te gaan om onze projecten op dit niveau te krijgen.

Sohm 

Next is Sohm Village. Ook daar hebben we in 2022 een nieuwe installatie gepland. Klassieke plechtigheid, de bedankingen van de Alkalo, de Imam, de verantwoordelijken, dan de committees, de councelor…

Een paar zaken die hier anders waren in vergelijking met onze andere bezoeken:

  • We horen de regionale councelor met heel veel vuur “reclame” maken om een extra pomp te plaatsen in dit dorp. Iedereen vraagt hier wel naar, maar hier zat dus duidelijk meer achter. Blijkt dat zijn familie uit dit dorp komt. Als hij van ons kan verkrijgen dat hier nog een extra pomp zou komen, zou dat zijn aanzien zeker verhogen. Enig zelfbelang is nooit ver weg. We spreken hem hierover aan, en evident dat we hier niet op ingaan.
  • Bovendien toont de plaatselijke Alkalo, na zijn speech, verder maar weinig interesse in wat er gebeurd. Hij is meer met zijn GSM bezig dan wat anders. Geeft ons in elk geval geen goed gevoel.
  • Gelukkig krijgen een aantal jongeren hier ook het woord. Gemotiveerd door onze inbreng en visie, beloven ze dat er initiatieven genomen zullen worden, om tegemoet te komen aan onze verwachtingen.
  • En het blijft aandacht hebben voor de basics: het is al later op de dag, de zon is al opgeschoven naar het westen, en ik stel vast dat een aantal zonnepanelen geen zon meer krijgen. Oorzaak. De schaduw van een boom. Bij het plaatsen van de installatie kwam de boom zo hoog niet. Maar nu wel. Moet dus gesnoeid worden. Als je ze daarop aanspreekt, hoor je bijna de Dalasi vallen.

 

Terug stevig dagje. Na het avondmaal met Omar en Lamin beginnen Dirk en ikzelf een aantal zaken op een rijtje te zetten. De bezoeken vandaag hebben ons heel wat geleerd. Met als belangrijke vaststelling dat de jongeren echt bereid lijken te zijn de armen uit de mouwen te steken, in tegenstelling tot de ouderen die het op zich laten afkomen. We hebben vandaag een paar voorbeelden gezien (zoals in Farabu Sutu) die aantonen dat het niet enkel woorden zijn, maar ook daden. De “we need more” die we altijd te horen krijgen, waarop wij antwoorden met “we need action” wordt in Farabu Sutu ook ingevuld. Een mooie evolutie, die ook voor ons echt wel motiverend is.

Maandag 16 januari

Gunjur Freetown

Eerste stop is Gunjur Freetown. Een verademing. Er is een begrafenis gaande, waardoor de mannen afwezig zijn. We worden ontvangen door een 25-tal vrouwen, die het kort en krachtig houden. Ze leggen ons uit hoezeer de waterpomp hun helpt in het dagelijkse leven, hoe belangrijk dit voor hen is. Een 110-tal compounds maakt gebruik van het water. Elke compound betaalt 100 Dalasi per maand (1,5 €) voor het onderhoud en eventuele reparaties aan de kranen. Een water committee zorgt ervoor dat de zonnepanelen elke dag gekuist worden! Inkomsten halen ze uit hun groentetuin. De tuin is geen community garden, maar in privéhanden. De eigenaar laat toe dat de gemeenschap er gebruik van maakt. Het probleem is dat de dag dat de eigenaar beslist om bijvoorbeeld te bouwen, er geen tuin meer is. Een echt probleem dus. Daar waar de pomp staat is er een stuk grond dat bruikbaar kan zijn als community garden. Maar er is voorbereidend werk aan (om te beginnen een omheining plaatsen). Ze engageren zich om hier werk van te maken. Wij beloven hen te ondersteunen: “if we promise, we deliver”.20230116 01

We rijden door naar de Lanuwarr Community Pre-School, “Excellence Through Eduction”, ook in Gunjur gelegen. Een school rechtgezet met de hulp van een Engelse NGO. We krijgen een rondleiding door het hoofd van de school. Echt een voorbeeld voor veel andere scholen: hoe de klassen aangekleed zijn in functie van opvoeding, taal, rekenen en algemene kennis. Beschikken natuurlijk ook over lesplannen, die ze bereid zijn te delen. Er is ook een kleine tuin, waar kleuters al leren hoe je groenten moet verbouwen. Echt wel knap allemaal. Een minpuntje, niet onbelangrijk: ze hebben ook een waterinstallatie, maar met serieuze problemen. En de oorzaak is niet ver te zoek: de zonnepanelen, die niet op de grond staan maar in de hoogte, worden niet proper gemaakt met als gevolg een beperkt rendement. Maar vooral: de pomp die er gebruikt wordt, is veel te licht (vermogen 1/3e van wat wij plaatsen). We bespreken dit met de verantwoordelijke, maar beslissen ook dat dit voor ons geen prioriteit is.

Ook wel interessant: er is hier een English section met 100 leerlingen, en een Arabic section met 150 leerlingen. Beide naast elkaar, om toch aan te duiden dat Gambia liberaal is als het op het geloof aankomt. Bijkomende informatie: de opleiding als leerkracht duurt in Gambia 3 jaar, en kost 36 000 Dalasi (540 € of 180 € per jaar). Als we in de Gammol scholen minstens een aantal gediplomeerde leerkrachten willen hebben, moeten we dit in overweging nemen.

Pacholing

Volgende halte is Pacholing, The Christian Village. Een dorp dat we zeker wilden bezoeken, omdat we vorige keer echt wel teleurgesteld waren over de staat van deze installatie. Dit is een heel arme regio. Bovendien vrij uitgestrekt dorp, met een 100-tal compounds, waardoor toch nog veel gebruik gemaakt wordt van de zelf gegraven putten. Vanuit onze installatie vertrekt een waterslang die naar een privétuin loopt, waar een 40-tal tuintjes zijn aangelegd. Vergelijkbaar met Gunjur: eigenaar laat toe dat de tuin gebruikt wordt, zolang hijzelf dit niet nodig heeft. De broer van de eigenaar van het stuk grond leidt ons rond met zijn kleinzoontje. Heel leuk ventje, op crocks en met een T-shirt “I am awesome all the Time”.

Ook hier een begrafenis aan de gang, dus geen plechtigheid whatsoever. Een verademing. Op een of andere manier zouden we duidelijk moeten kunnen maken dat dit niet nodig is voor ons, maar dit ligt dus heel gevoelig. Dit belet ons om nog meer te kunnen doen. Tezelfdertijd beseffen we heel goed dat dit erbij hoort. Dat het belangrijk is, niet enkel voor de verschillende dorpen, maar ook voor hoe er gekeken wordt naar Gammol.

Wat het onderhoud van de (oude) installatie betreft, dag en nacht verschil in vergelijking met vorige keer. Goed verzorgd, propere panelen, rondom alles opgekuist. Echter wel serieus probleem: de installatie is van 2012, valt regelmatig in panne (de pompen die toen werden gebruikt zijn niet van dezelfde kwaliteit als deze die we nu gebruiken), met als gevolg dat als ze 2 of 3 dagen zonder water zitten, de oogst kapot is. Bovendien heeft het watervat slechts een inhoud van 1 000 liter, wat maakt dat er geen reserve is. Is iets waar we moeten bij stilstaan, bij alle oude installaties. Met alle respect voor onze voorganger, maar hoe langer hoe meer blijkt welke beperkingen de oude installaties hebben, waardoor de efficiëntie echt wel te wensen overlaat.   

Sanyang Fish Market

We hebben heel wat tijd geïnvesteerd in Gunjur, ook met het bezoek van de Lanuwarr school. Gevolg: het bezoek aan Jalambang slaan we over. Dit is ook niet echt nodig. Veel belangrijker is ons volgende bezoek aan de Sanyang Fish Market. Dit is een van de oudste waterinstallaties gelegen aan de kust. Dateert van januari 2008 en wordt nog aangedreven door een generator. Daarnaast heeft Gammol hier indertijd een overdekte marktplaats gebouwd voor de plaatselijke vissersbevolking. Alvorens we de pomp gaan bekijken, hebben we een vergadering met de “fishing committee”, hun voorzitter en een afgevaardigde van de VDC van Sanyang.

Hun noden, kort samengevat:

  • Een nieuwe, meer performante, waterinstallatie. Nieuw omdat er blijkbaar een infiltratie is van zout water. Performanter, omdat er sinds de plaatsing verschillende restaurants zijn gekomen die ook gebruik maken van de waterinstallatie.
  • De herstelling van hun overdekte marktplaats. Het gebinte van het dak is immers gemaakt met materialen die vanuit België per container naar Gambia zijn verscheept, en deze zijn niet te verkrijgen in Gambia. We spreken vnl. over metalen profielen en houten balken.

Er ontspint zich een lange discussie, in eerste instantie over het water. De essentie: “Bad communication” en zelf prutsen aan de installatie, in plaats van Omar en Lamin op te bellen en advies te vragen. Zou wel eens de oorzaak kunnen zijn dat er nu infiltratie is van zout water. Bad organisation: geen afspraken gemaakt met de restaurants over het gebruik van het water. Laat staan dat ze er al aan gedacht hebben om hiervoor een bijdrage te vragen. “Bad maintenance” zowel van de pomp als de marktplaats. En dan wordt er naar ons gekeken, met de impliciete vraag en verwachting dat we dit allemaal in orde brengen. Na lange discussie maken we hen duidelijk dat we met betrekking tot het water willen ondersteunen, maar niet alvorens ze een businessplan gemaakt hebben, om te voorkomen dat ze binnen een paar jaar terug met dezelfde problemen te kampen hebben. Ze horen het in Gambia donderen. Dirk en ik leggen hen eenvoudig uit wat we hiermee bedoelen: overzicht van investering, kosten en opbrengsten. En hoe ze deze opbrengsten recurent kunnen genereren. Dat de restaurants hierin een bepalende rol spelen spreekt blijkbaar toch niet voor zich. We hebben ze op weg geholpen. Benieuwd naar het vervolg.

Daarna gaan we de pompinstallatie en de markt bezoeken. Wat de pomp betreft: we ontdekken een stukje industriële archeologie. De generator die de pomp vroeger aandreef staat in een container te roesten. Reusachtig ding, vergezeld van de eerste plakkaten die toen werden opgehangen bij de realisaties van Gammol: “In our fellow-men we believe, in our creator we trust”. Echt wel nostalgie. Daarna gaan we naar de markt, waar ze ons de herstellingen tonen die moeten gebeuren “omdat zij niet beschikken over dezelfde materialen die uit België komen”. Na discussie maken we hen duidelijk dat we geen containers meer uit België laten komen en dat ze zelf voor de nodige herstellingen gaan moeten zorgen. Wordt niet echt in dank afgenomen, krijg ik de indruk. Maar so be it, wij wensen ons te concentreren op water en educatie.

Gammol huis

Voor we naar onze laatste stop gaan op onze reis, passeren we nog langs een stuk grond die de VDC van Sanyang ons wel wilt geven om een lodge te bouwen. Totaal ongeschikt, dus rijden we snel verder naar onze laatste stop, ons Gammol huis. Eerste vaststelling: er zijn kosten aan. De termieten vreten de houten gebinten en delen van de muren op. Reden: niet de juiste, plaatselijke, materialen.

Iets later ontmoeten we twee vertegenwoordigers van de VDC. Yusupha Jassey en Lamin Bojang. Met hen bespreken we onze vaststellingen van de voorbije dagen. De learnings (zie lager). Yusupha en Lamin beloven dit te bespreken met de VDC. Het is hen wel duidelijk dat onze aanpak vanaf nu toch wel licht aangepast zal worden. Ik moet zeggen dat dit wel positief onthaald wordt. Wordt dus zeker vervolgd. Daanraast bespreken we de toestand van het Gammol huis, en onze wil om hierin te investeren, onder de voorwaarde dat we gebruik kunnen blijven maken van het huis, tot zolang we investeren in Gambia. Onbepaalde duur dus, in tegenstelling tot the MOU (Memory of Understanding) die vandaag bestaat, met een bepaalde duur van 10 jaar, opzegbaar. Beiden zijn hiermee akkoord, maar moeten dit ook met de rest van de VDC bespreken. We gaan een voorstel doen om de MOU aan te passen en alles nog bevestigen op mail.

 

Daarmee zit onze reis er weer op. Korte trip, maar oh zo nuttig. Maandagavond bespreken Dirk en ik de voorbije dagen en de todo’s.

Dinsdagmorgen

  • 9 u. Omar en Lamin brengen ons naar de luchthaven van Banjul.
  • 10 u. Afscheid nemen blijft emotioneel. Die twee, Omar en Lamin, we dragen ze toch in ons hart!
  • 12 u. Vliegtuig vertrekt, met tussenlanding op Kaapverdië. We landen om 22 u terug in Zaventem.

Op naar de volgende reis…

Belangrijkste learnings uit onze reis:

Scholen:

  • Er zijn leerplannen in de scholen, maar dikwijls gedateerd (2003).
  • Er is geen onderling overleg tussen de scholen: oprichten Gammol school community kan meerwaarde betekenen.
  • Learning center voor avondonderwijs voor ouderen (kan vanaf jongvolwassenen tot …) heeft potentieel. Motivatie bij de doelgroep zal essentieel zijn.
  • Nood aan iemand met leerervaring die dit kan coördineren en trekken.

Waterinstallaties:

  • Ieder bezoek begon of eindigde met “we need more”. Er wordt naar Gammol gekeken voor die “more”.
  • Duidelijke boodschap gebracht dat die “more” er slecht zal komen als er zelf initiatieven worden genomen om stappen vooruit te zetten. Ons antwoord op “we need more” is “we need action”.

Algemeen:

  • Jongeren zijn veel meer bereid zelf hun handen uit de mouwen te steken om vooruit te geraken.
  • Cultuurverschil is heel groot: vrouwen werken, mannen praten, en als ze praten vinden ze het nodig dat iedereen aan het woord komt en herhalen ze steeds hetzelfde. Vermoeiend, maar het zit in hun cultuur, voornamelijk bij de ouderen.
  • Rekenen is moeilijk, concrete (business) plannen maken is nieuw en te veel gevraagd vaak vanuit gebrek aan kennis.
  • Sommige villages staan veel verder dan anderen, vooral daar waar de jongeren (M/V) het in de hand nemen.
  • Meer en meer wordt het voor ons duidelijk dat we meer verantwoordelijkheid moeten leggen bij de verantwoordelijken van de verschillende communities en dorpen voor het realiseren van onze projecten. Het woord “roadmap” is heel dikwijls gevallen. Dit als basis om na te gaan wie er zelf initiatief wil en zal nemen.

 20230116 02